Indische loopeenden
Wij beschikken over een prachtig groepje loopeenden. De woerd en 4 eenden zijn zwart met veel glans, het 5e vrouwtje is een abrikoos forel kleur (Beige, Saxony, BlauGelb,
Apricot trout). De jongen zijn dus voornamelijk volledig zwart, met uitzondering hebben ze soms een witte of bruine veer/vlek. Wanneer de beige de moeder is komen er blauwe jongen uit, met soms ook wit of bruin in het verenkleed.
Info volwassen loopeenden
Loopeenden kunnen, zoals de naam eigenlijk al wel verraad, niet goed vliegen. Hun vleugels zijn te klein en hun lichaam staat te recht om goed te kunnen vliegen. Hoger dan een meter komen ze niet snel. Om deze reden zijn ze erg makkelijk op een plek naar wens te houden zonder grote omheiningen.
Loopeenden leven in tomen, deze kan uit verschillende geslachten bestaan: Alleen woerden, alleen eenden, of een woerd met minimaal 3 eenden. Wanneer er te weinig eenden per woerd zijn worden de eenden te zwaar belast. Hun verendek raakt in slechte conditie waardoor ze niet meer waterdicht zijn. Ze hebben ook minimaal 1 beschutte plek nodig, het liefst meer. Snachts dienen ze beschermd te worden tegen roofdieren (als het kan overdag ook). Dit kan in een nachthok of volledig beschermde ren. Een grote ren heeft de voorkeur gezien ze liever in de buitenlucht slapen dan in een hok.
Ze eten graag slakken en andere insecten uit de tuin op. Ideaal dus als je een moestuin hebt met veel slakken. Gezien slakken veruit de voorkeur hebben zijn de planten zelf minder interessant. Laat ze er echter maar even op, wanneer ze genoeg slakken hebben gehad zullen ze gerust ook (blad)groente eten.
Om vliegen uit de buurt te houden kunt u diatomeeën aarde rondstrooien in de ren. Dit is poeder van fossiele plankton waardoor de waslaag van insecten beschadigd raakt. Hierdoor drogen ze uit. Bij het gebruik in het nachthok zorgt het er dus voor dat vliegen niet meer op de ontlasting af komen. Overige insecten hebben er geen last van gezien deze niet op de ontlasting afkomen. Dit middel werkt ook direct tegen de beruchte bloedluizen.
Info kuikens
Om de kuikens de beste start te geven hebben ze een veilige omgeving nodig om op te groeien. Een bak, doos of konijnenkooi bijvoorbeeld zijn allemaal opties om dit doel te bereiken. Zorg ervoor dat er alleen warmte, water en voer beschikbaar is de eerste dagen, speeltjes, huisjes etc zijn niet nodig en kunnen in de eerste 2 weken problemen geven.
De kuikens hebben tot 6 weken warmte nodig afhankelijk van het weer/seizoen. Dit kan door middel van een warmteplaat, donkerstraler of warmtelamp. De eerste 2 opties hebben de voorkeur gezien deze geen licht geven. Hierdoor hebben de eendjes meer rust. Zorg dat de ruimte groot genoeg is dat de eendjes ook bij de warmtebron weg kunnen wanneer ze het te warm hebben.
Bij de warmtelamp/donkerstraler: Als de eendjes direct onder de lamp liggen en/of zelfs klagelijk piepen, hebben ze het te koud. Wanneer ze er met een (grote) kring omheen liggen hebben ze het te warm. Ze zouden net uit het midden van de lamp moeten liggen voor de beste hoogte van de lamp. Naarmate ze ouder worden dient de lamp steeds iets hoger gehangen te worden. Ook kunt u de lamp vervangen door eentje met minder wattage.
Bij de warmteplaat dient de hoogte afgesteld te worden op de kuikens. Hun rug moet de plaat raken om lekker warm te blijven. Naarmate ze groeien moet de plaat verhoogd worden zodat ze er goed onder kunnen. Door de plaat scheef in te stellen kunnen de eendjes makkelijker kiezen welke hoogte van de plaat ze fijner vinden.
Als voer horen ze (altijd onbeperkt!) de eerste 3 weken watervogel opfokkorrel te krijgen. Hier krijgen ze Kasper Anseres 1 Opfok. Na 3 weken kunnen ze overwennen naar Kasper Anseres 3 Onderhoud of een ander onderhoudsvoer voor watervogels. Met 4 weken zijn ze dan overgewend en krijgen ze het onderhoudsvoer. Andere merken zijn uiteraard ook prima, maar zorg er altijd voor dat het watervogelvoer is en de eiwitten dus enkel de eerste 3 weken hoog mag zijn. Geef ze na de 4 weken niet teveel extra eiwitten in de vorm van meelwormen bijvoorbeeld, gezien teveel eiwitten in dit stadium van de groei problemen op kan leveren. Ze kunnen dan onder andere steekvleugels ontwikkelen.
Wanneer de eendjes geen eendenmoeder hebben die hen met haar vetklier waterdicht kan maken mogen eendjes nog niet zwemmen zonder toezicht. Geef ze onbeperkt water. De gehele snavel dient ten alle tijden ondergedompeld te kunnen worden in het water. Indien ze vanaf het begin af aan mogen zwemmen kunnen ze eerder in grotere baden zwemmen dan wanneer ze de eerste dagen niet mochten zwemmen. Onder toezicht mogen ze een dieper badje maar zorg ervoor dat ze er ook heel makkelijk weer uit kunnen.
.jpg/picture-200?_=179945902e0)
.jpg/picture-200?_=18312cf3528)
.jpg/picture-200?_=17994591668)
.jpg/picture-200?_=1799458acf0)
.jpg/picture-200?_=1799458e3a0)
.jpg/picture-200?_=1799458d018)
.jpg/picture-200?_=1799458c460)
.jpg/picture-200?_=18312d30946)
